De commissies

Hoofdstuk 1: De Dag van de Feut

Toen ik vandaag opstond voelde ik het al in mijn botten, de dag was aangebroken. Ik zuchtte en rolde uit mijn bed, en ging als een robot door mijn ochtendroutine. Mijn colleges volgde hetzelfde lot, hoe hard ik me ook probeerde te focussen om mijn professor die wanhopig probeerde uit te leggen wat een integraal is aan bouwkunde studenten, het lukte niet. Telkens gingen dezelfde gedachtes door mijn hoofd: het is vandaag, vandaag is de dag, niks zal ooit meer hetzelfde zijn.

Mensen die niet uit Delft komen zullen misschien niet bekend zijn met de Dag van de Feut, ik was het in ieder geval niet toen ik hierheen verhuiste. Bij elke vereniging is het net even anders, maar overal is de strekking ongeveer hetzelfde. Op de Dag van de Feut worden nieuwe leden van verenigingen ingedeeld in de commissie die het beste bij hun past volgens De Test. Ik dacht terug aan iemand die ik vroeger kende die ook bij de Koornbeurs lid was geworden, ik herkende haar bijna niet meer nadat ze bij de Techkie was gegaan. Waar zij vroeger een welbespraakt en veelzijdig persoon was kon zij nu alleen maar geluiden van ‘ZAP LICHTJES ZAPZAPZAP HOEZO MOETEN VOCALS HARDER IK BELICHT JE MOEDER ZAPZAP’ uitstoten, tragisch. 

Ik wist niet precies bij welke commisie ik terecht zou komen, ik kom uit een familie van voornamelijk Redakkie-ers, en hoewel dat natuurlijk de beste commissie is, hoeft dat niet per se iets te zeggen. Ik had goede hoop op in ieder geval iets pluizigs, maar misschien ook niet. 

Ik naderde de Koornbeurs. De stad was duidelijk in rep en roer over de Dag van de Feut, en terwijl ik door de straten fietste zag ik mensen in verschillende staten tussen euforisch en diep in de put. Een jongen van ongeveer mijn leeftijd in een gescheurd jasje stond te huilen op de stoep omdat hij in DSB was gefeut als witte zolen pauper in plaats van lid. Voor ik het wist kwam het pand in het zicht. Ik nam nog een diepe adem, verzamelde mijn moed, en ging naar binnen. 

Ik verwachte nog meer mensen binnen te zien, maar de enige mensen in de kelder waren bestuur. Ik checkte of ik wel op tijd was, maar dat leek te kloppen, dus ik liep verder de zaal in. Het bestuur zijn figuren die ik nooit helemaal vertouwd heb, omdat ze altijd een indruk lijken te geven dat ze meer weten dan jij, waarschijnlijk omdat dat zo is. De voorzitter, die in het midden zat, sprak mij aan: “Welkom op de Dag van de Feut, de dag dat we de kennismakers onderscheiden van de kennismannen. Voor je staat een tafel met een glas met cactus-sap, wanneer je dit drinkt zal er een hallucinatie starten die aan ons onthult in welke commissie jij thuishoort.”

Langzaam liep ik naar voren, waar inderdaad een glas met heldere vloeistof stond. Ik pakte het op en rook eraan, het rook prikkelig, en atte het.

Er gebeurde eventjes niets, en toen nog langer niets. Ik keek op naar het bestuur om te zien of dit de bedoeling was, maar zij keken allemaal naar mij terug in schok. Ik hoorde hoe ze druk naar elkaar begonnen te fluisteren: “Dit kan niet”, “Het is een gedrocht”, “vermoord het met vuur”. Totdat de voorzitter hun tot orde riep: “STILTE, dit is een situatie die nooit eerder is voorgekomen, maar dat betekent niet dat we er geen protocol voor hebben, dit staat gewoon in het HR. Het nieuwe lid mag in dit geval zelf kiezen bij welke commissie ze wilt.”. 

Ik was geschokt, ik had nooit gehoord van dat zoiets zou kunnen gebeuren. Met trillende stem sprak ik: “R-redakkie alsjeb-b-blieft”. “Dan zal het zo zijn” sprak de voorzitter, en wees mij naar de deur.

Hoofdstuk twee: Enter Koornbeurs

Toen ik de volgende dag aankwam op de koornbeurs merkte ik de effecten van gister meteen. Iedereen stond verdeeld over de kelder bij hun eigen commissie. Ik probeerde niet te kijken naar de mensen die ik vroeger vrienden noemde en sloot me snel aan bij de redakkie, waar Mats al een gepassioneerde speech aan het houden was over dat kennismakers meerwaarde waren en dus verdeeld moesten worden over de arbeiders. Ik twijfelde aan mijn levenskeuzes.

Proberend te ontsnappen aan de heisa besloot ik een biertje te halen. Achter de bar stond een mysterieus figuur, iemand die eruitzag als een rebel die niet luisterde naar regels of wat mensen van haar vonden. Iemand die de vibe van leren jassen en sigaretten uitstraalde zonder een van beide te hebben. 

Ik werd bijna te zwak in mijn knieen om te bestellen, maar ik sprak mezelf streng toe: “Ik ben een main character dat pretendeert feministisch te zijn door geen relatie te willen alleen om mij uiteindelijk toch over te geven aan de normen van conventionele schoonheid en het patriarchaat wat ik ga framen als mijn vrouwlijkheid omarmen in plaats van mij conformen aan de maatschappij. Dit gedrag past pas later in mijn arc bij mij”. Ik bestelde een biertje, blozend.

Terug aangekomen bij de redakkie leden sprak Wietste mij aan: “Dat is Ima, ik zou bij haar uit de buurt blijven, ze is Tapki en speelt niet volgens de regels.” Ik vertelde hem dat ik dit advies ter harte zou nemen, ondanks dat ik geen intentie had om dat daadwerkelijk te doen. Ze interigeerde me te veel.

Later op de avond zag ik haar weer, ik probeerde niet te staren, maar haar outfit was felroze dus het was best moeilijk. “h-hey,” zei ik “Ima van de Tapkie right?”. Ze antwoorde: “O nee geluiden”. Ik nam aan dat ze dit zei omdat ze te cool voor me was, teleurgesteld ging ik naar huis.

Hoofdstuk 3rie: Pluizige bezigheden

De volgende dag was vergadering dus na me te hebben ingeschreven voor de mensa die dag ging ik richting KB. Na een stuk of 1000 trappen te beklimmen deed ik eindelijk de deur naar mijn avondmaal open. Ik was zo afgeleid door het vooruitzicht naar Jambalaya dat ik pas door had wie er achter de bar zat toen ik mijn thee wilde bestellen. “Ima van de schenkie!” Riep ik, dolblij om mijn jeugdvriendin te zien. Ima en ik waren samen opgegroeid, en toen we samen naar Delft verhuisden waren we beiden lid geworden. Er was een tijd dat ik twijfelde of ik gevoelens voor haar had, maar in naam van onze vriendschap had ik dat zo diep begraven dat je het niet zou kunnen vinden met een peloton mijnwerkers.

 Ik wist niet hoe vaak ik Ima van de Schenkie nog zou kunnen zien nu we in verschillende commissies waren ingedeeld. Zou ik überhaupt nog omgaan met mensen buiten redakkie? Ik hoopte dat de vergadering mij meer inzichten zou geven in mijn onzekere toekomst, tenminste twee weken vooruit.

Ik schoffelde mijn mensa naar binnen terwijl ik Ima van de Schenkie vertelde over alles wat er gebeurd was de afgelopen dagen. Ik twijfelde of ik haar wilde vertellen over wat er was gebeurd bij mijn Feut, over dat ik zelf mijn commissie mocht kiezen, maar besloot mijn mond te houden. Immers, de senaatsmening luidt: hou je bek. 

Ik was redelijk zenuwachtig voor mijn eerste vergadering ooit, maar Ima van de Schenkie stelde me gerust door te zeggen dat schenkie vergaderingen gemiddeld maar iets van 6 uur duurden, dus dat het wel mee viel allemaal. Bovendien is het deel van mijn karakter als main character dat ik dingen wel eng vind, maar nooit tot het niveau dat het de plot zou hinderen. Met gestaalde zenuwen ging ik de P in.

De vergadering leek voor eeuwig door te gaan, maar na 20 intense minuten was alles besloten wat besloten moest worden. De volgende twee artikelen waren: “Welke KB’er heeft de meeste daddy-energy” en “Silicon valley in brand steken, een 10 step tutorial”, en het dies-forum kwam er vast wel ooit aan. 

Tijdens de rondvraag werd de relaxte sfeer van de vergadering opeens gespannen. Ik kon niet precies m’n vinger leggen op waarom, maar alle 15 leden die allemaal aanwezig waren bij de vergadering leken net wat rechter op te gaan zitten. Mats, als voorzitter, had de laatste rondvraag: “Wist je dat… het bestuur vet kut is?” Iedereen lachte een beetje ongemakkelijk, duidelijk hopend dat het een grapje was, maar de blik in Mats’ ogen vertelde een ander verhaal. 

To be continued….

3 reacties

Reacties zijn gesloten.